Sommige teksten die je kind voorgeschoteld krijgt, richten zich op het verschil tussen feiten en meningen. De schrijvers zoeken dan vaak het randje op tussen een feit en een mening.
Als kind ben je gewend om dingen van je ouders te leren. Of er nu een feit of een mening wordt verteld. Het is allemaal leerstof voor je kind. Sterker nog. De mens is een sociaal wezen en we luisteren daarom veel naar andere meningen. Uiteindelijk vormen we onze eigen mening en handelen daarna. Veel van onze meningen kunnen gebouwd zijn op een feit, maar dat hoeft niet altijd zo te zijn.
Als volwassene weten we niet altijd wat een feit is en wat een mening. Dus je kunt ervan uit gaan dat dit bij je kind ook zo is. Als je kind dus een fout maakt m.b.t. een feit en mening in begrijpend lezen dan is dat vrij normaal.
Een kind kan het echter makkelijk een feit of mening in een tekst herkennen door naar de werkwoorden te kijken. Bijvoorbeeld in de zin: de man heeft een blauwe jas aan. Hier gaat het om een feit. De woorden blauw en jas zijn redelijk duidelijk gedefinieerd in het verleden. Probleem ontstaat natuurlijk als degene in het verhaal kleurenblind is. Dan kan een algemeen feit toch nog in een mening veranderen.
Als webdesigner heb ik het vaak over kleuren voor een website. En zo weet ik bijvoorbeeld dat een verschillend scherm een kleur anders kan weergeven. Zo kan mijn klant dus dezelfde kleur een andere definitie geven gewoon omdat hij een andere telefoon heeft. We hebben verschillende meningen over dezelfde kleur.
Herkenbare mening werkwoorden
Werkwoorden als “vinden”, “denken”, “lijken” zijn makkelijk te herkennen voor een kind. Als je zegt: “Ik vind dat een mooie jas” of “Ik denk dat het kapot is” In beide gevallen is er geen sprake van een feit. Bij het werkwoord “zijn”, wordt feit en mening al door elkaar gehaald. Bijvoorbeeld “Het is een mooie jas” De jas is een feit. Het woord mooi is een mening.
Advocaten en journalisten
Advocaten zijn er goed in om in de media hun meningen als feiten te verkondigen. Het is altijd leuk voor een advocaat als hij in het openbaar spreektijd krijgt, maar vaak begint zijn zin met “ik vind ….” Bijvoorbeeld “ik vind dat de uitspraak geen rekening heeft gehouden met het feit dat het donker was”. De advocaat geeft dan zijn mening.
Heb je weleens een pagina van een krant gelezen die over jouw specifieke vakgebied gaat? Zo ja, dan begrijp je dat je niet alles moet geloven wat er in de krant staat gedrukt. Het lezen van feiten is namelijk geen leuk verhaal om te lezen. Het zal dan ook niet verkopen. En een journalist wordt uiteindelijk betaalt omdat de krant wordt verkocht. De ergste zijn altijd de koppen. Deze zijn vaak in de trend van een mening geschreven.
Meningen en feiten door elkaar heen husselen verkoopt beter. Een krant heeft een bepaalde doelgroep en sluit zich dan ook naadloos bij die mening aan. Feiten verkoopt slecht. Meningen verkopen geweldig.
Goed voorbeeld is bijvoorbeeld een verslag over een voetbalwedstrijd. De feiten zijn de namen van de spelers, in welke minuut er is gescoord en de uiteindelijke uitslag. Feiten zijn dus in een paar regels neer te schrijven. Maar dan hou je een kort krantje over. Vraag is of dat verkoopt. De journalist schrijft er dus een lang verhaal omheen. Geven zelfs de spelers een rapport cijfer. Beter voorbeeld van een mening kun je niet krijgen denk ik dan.
Adv. Boeken begrijpend lezen
Groep 7
Groep 8
Meningen en feiten uitleggen aan je kind
Eigenlijk vinden volwassenen het al lastig om zich aan feiten te houden. Meningen zijn namelijk makkelijker te buigen naar ons voordeel. Ik hou het zelf altijd simpel. Dit is een schilderij. Vind je het mooi?
PS: groot gedeelte van dit bericht is een mening 🙂